vrijdag 11 april 2008 1 Reactie St. Hubertus

Het lammetjes seizoen bij de schapen is begonnen en dus ook bij de Moeflon, een goede reden om u eens wat meer te vertellen over dit wilde schaap. De moeflon, van origine uit Sardinië en Corsica afkomstig, komt sinds 1921 ook voor in het Nationaal Park de Hoge Veluwe. Anton Kröller introduceerde een twaalftal dieren van deze schapen soort des tijds, en hoewel het even duurde voordat ze aan de omstandigheden op de Hoge Veluwe gewend waren geraakt, voelen ze zich er nu helemaal thuis en hebben ze zich volledig aangepast. Er leven nu ongeveer 150 Moeflons in het Nationaal Park de Hoge Veluwe.

Moeflons behoren tot de familie van de schapen maar is één opvallend groot verschil. Moeflons hebben geen wollen vacht maar haren. In de Zomer is de dichte vacht zeer fijn en in de winter groeit er hard, donker haar overheen. De mannetjes (rammen) hebben in de winter grote licht gekleurde vlekken op de rug “zadels”, witte “sokken”, een witte snuit en een donkere nek. In de zomer zijn deze tekeningen minder goed zichtbaar. De vrouwtjes (ooien) en lammeren zijn bruin tot grijs.

Een Moeflon is een vrij honk vast kuddedier en een moeflon verlaat zijn gebied dan ook niet tot nauwelijks, behalve als de wind uit noordelijke of oostelijke richting waait dan kunnen ze behoorlijk tegen de windrichting in gaan zwerven. Moeflons eten vooral vroeg in de ochtend en ‘s avonds. Dan gaan ze opzoek naar grassen, heide en jonge dennenboompjes. Op deze manier helpen ze te voorkomen dat heidevelden veranderen in bos.

Eind september begint voor de moeflons de paartijd. Net als bij herten wordt deze tijd de bronsttijd genoemd. Om te kunnen paren drijft een ram een ooi uit de kudde. In deze tijd ontstaan vaak hevige gevechten tussen de mannetjes, het stoten van de hoorns kan dan tot in de wijde omtrek te horen zijn. De hoorns van de mannetjes blijven hun hele leven doorgroeien tot ze wel 80 centimeter lang zijn. Ze hebben een spiraalachtige vorm, de uiteinden zijn naar binnen gebogen. De vrouwtjes hebben ook hoorns maar die blijven klein en kort.

Buiten de paartijd leven de ooien en lammeren in aparte groepen. Na een dracht van ongeveer 5 maanden wordt er meestal één lam geboren, maar ook tweelingen komen voor. Het lam wordt geboren met een grijsbruine vacht, het kan al na een paar minuten staan, een uur na zijn geboorte loopt het zijn moeder al achterna. Bij de geboorte is een moeflonlam kleiner dan een haas maar de voedzame melk van zijn moeder zorgt er voor dat hij snel groeit. Een moeflonlam wordt 4 tot 5 maanden gezoogd. Het moeflon jong is vrij snel zelfstandig en zoekt dan leeftijdgenootjes op om mee te spelen.

Nieuwsgierig geworden naar dit wilde schaap? Ga dan eens ‘s morgens vroeg of ‘s avonds rond de schemering kijken bij het Bosje van Staf in het Nationaal Park de Hoge Veluwe. Daar, op de grote vlakte, rondom het Bosje zijn ze meestal te vinden. Houdt wel de windrichting in de gaten, want zoals eerder gezegd kunnen ze gaan zwerven bij wind uit noordelijke of oostelijke richting. Dan kunt u beter eerst even kijken op de website van het park (zie links), want daar is dagelijks een nieuwe wildverwachting te vinden.

 

About the Author

Elmar

1 Reactie

  1. Mereke

    Hallo Elmar,

    Naar aanleiding van je verhaal over de moeflon even het volgende:

    Gisteravond 13 april na mijn dienst in het BC, ben ik naar het Bosje van Staf gegaan en zag daar een vrij grote kudde edelherten. Maar ik had het geluk dat er juist een grote kudde moeflons [ongeveer 50] met lammetjes voor de herten heen trok. EEN PRACHTIG GEZICHT!! Het was heel stil, je kon de lammetjes goed horen blaten en wel een stuk of 20 lammetjes bij elkaar, rende voor de kudde heen en weer. Op de achtergrond riep ook nog een koekoek. Het was een fantastisch gezicht met wel meer dan 100 dieren bij elkaar.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

CommentLuv badge

Optionally add an image (JPEG only)